Een gedegen voorbereiding bestaat uit verschillende elementen:
Begin met het kiezen en analyseren van de lesstof. Bepaal welke onderdelen meer of minder complex zijn en verdeel de stof evenredig over de beschikbare tijd. Formuleer concrete leerdoelen die aangeven wat cursisten na afloop moeten kennen en kunnen.
Kies verschillende werkvormen die passen bij de lesstof. Wissel presentaties af met groepsdiscussies en praktijkoefeningen. Maak een gedetailleerd lesplan met tijdsindeling, werkvormen en benodigde hulpmiddelen.
Een effectieve les volgt een heldere structuur met drie hoofdonderdelen die elkaar logisch opvolgen. Deze opbouw zorgt voor optimale kennisoverdracht en betrokkenheid van cursisten.
Het begin vormt de introductie waarin je kennismaakt met de groep, het doel toelicht en verwachtingen afstemt. Door direct een band op te bouwen en duidelijkheid te scheppen over de inhoud, creëer je betrokkenheid. Deze fase biedt ook ruimte om het startniveau van cursisten te peilen.
Het middendeel bevat de daadwerkelijke instructie, begeleiding en oefening. Dit is het hart van de training waarin nieuwe kennis wordt overgedragen en vaardigheden worden geoefend. Door theorie af te wisselen met praktische oefeningen, blijft de stof beter hangen.
De afsluiting bestaat uit een samenvatting, praktische vertaling en evaluatie. Deze fase is belangrijk om de belangrijkste punten te verankeren en te bespreken hoe cursisten het geleerde gaan toepassen. Door samen terug te blikken en vooruit te kijken, versterk je het leereffect.
Deze driedelige structuur biedt houvast voor zowel docent als cursisten en zorgt ervoor dat de leerdoelen effectief worden behaald.
Duidelijkheid voorop: Gebruik heldere taal en eenduidige begrippen. Stel specifieke vragen en controleer regelmatig of de stof wordt begrepen. Leg nieuwe termen direct uit in begrijpelijke woorden.
Actief leren stimuleren: Daag cursisten uit om mee te denken door verschillende vraagniveaus te gebruiken. Begin met kennisvragen en bouw op naar toepassings- en analysevragen. Geef voldoende denktijd na het stellen van vragen.
Het gebruik van digitale middelen en whiteboards vraagt om een doordachte aanpak:
Schrijf groot en leesbaar, gebruik kleuren met mate en houd het bord overzichtelijk. Verdeel het bord in logische vakken en spreek altijd richting de groep, niet naar het bord.
Benoem zichtbare veranderingen op het scherm en wijs dingen duidelijk aan. Neem voldoende tijd bij demonstraties - wat voor jou vanzelfsprekend is, is dat voor cursisten vaak niet.
Voor elke training gelden vijf basisprincipes die het verschil maken tussen een gemiddelde en een uitstekende bedrijfsopleiding:
Deze vijf principes vormen samen de basis voor effectief lesgeven. Door hier bewust aandacht aan te besteden en jezelf te blijven ontwikkelen, groei je in je rol als docent. Het resultaat is een training waarin cursisten niet alleen de stof begrijpen, maar deze ook daadwerkelijk kunnen toepassen in hun werk.
De combinatie van een goede voorbereiding, verschillende werkvormen en een prettige leeromgeving zorgt ervoor dat je leerdoelen worden behaald. Blijf daarbij open staan voor feedback en nieuwe inzichten om jezelf als docent te blijven verbeteren.